Als zonnepanelen hun opgewekte elektriciteit niet kwijt kunnen, kan dit leiden tot overbelasting van het elektriciteitsnetwerk of problemen met de werking van de zonnepanelen zelf. Wanneer de panelen meer elektriciteit produceren dan het aangesloten systeem kan verwerken, kan dit resulteren in een overschot aan stroom.
In sommige gevallen hebben zonnepanelen omvormers die de gelijkstroom die ze genereren omzetten in wisselstroom, geschikt voor het elektriciteitsnet. Als er echter te veel elektriciteit wordt geproduceerd en de omvormer niet in staat is om het te verwerken, kan het systeem mogelijk uitschakelen of storingen vertonen.
Om dit probleem te voorkomen, worden vaak regelmechanismen zoals netkoppelingen en slimme meters gebruikt. Deze systemen kunnen overtollige elektriciteit terugvoeren naar het elektriciteitsnet of opslaan in batterijen voor later gebruik. Als deze mechanismen ontbreken en de overtollige stroom niet wordt afgevoerd, kan het leiden tot technische problemen en verminderde efficiëntie van de zonnepanelen.